Niet-geweven stof
Niet-geweven stof is een soort stof die is gemaakt van lange stapelvezels die aan elkaar zijn gehecht. Het proces van het binden van deze vezels gebeurt met behulp van oplosmiddelen of chemische processen. Deze stofachtige materialen worden in de textielindustrie voor verschillende doeleinden gebruikt. In tegenstelling tot katoen en andere synthetische vezels vereist niet-geweven stof geen enkel weefproces.
Vliesstoffen zijn zeer duurzaam en hebben vele toepassingen. Ze worden vaak gebruikt in kleding, huishoudelijke artikelen en wegversterkingen. Enkele van hun meest voorkomende toepassingen zijn voeringen en tussenvoeringen. Tussenvoeringen worden bijvoorbeeld gebruikt om overhemden en andere kledingstukken steviger te maken. Naast deze toepassingen worden non-wovens gebruikt voor een verscheidenheid aan andere toepassingen, waaronder wegenbouw en stabilisatieplaten voor wegbedding.
De productie van niet-geweven stof omvat een reeks stappen, te beginnen met de voorbereiding van een substraat. Dit proces kan droog of nat gelegd worden. Dit proces transformeert de korte vezels in een netwerk met een poriegrootte kleiner dan 1 micron. Bij het proces kan gebruik worden gemaakt van thermische of chemische binding om de vezels aan elkaar te hechten.
Niet-geweven stof wordt gemaakt van verschillende soorten vezels. Nieuwe vezels van eerste kwaliteit hebben de voorkeur boven hergebruikte vezels. Er worden ook stapelvezels gebruikt. De gebruikte soorten vezels hebben ook invloed op de prijs van het eindproduct. Sommige soorten niet-geweven stoffen zijn duurzamer dan andere.
Vliesstof is een soort platte stof gemaakt van lange filamenten van vezels. Het wordt gemaakt via een thermisch, chemisch en mechanisch proces. De vezels zijn in een bepaalde richting georiënteerd, of kunnen willekeurig in banen worden verspreid. De stof kan ook meerdere lagen hebben. In tegenstelling tot traditionele stoffen zijn non-woven stoffen een non-woven materiaal dat niet hoeft te worden gesponnen. Het proces maakt gebruik van gesmolten vezelvormende materialen. Niet-geweven stof wordt ook beschouwd als de gemakkelijkste manier om stof uit vezels te produceren. De meest gebruikte vezels zijn polyester, viscose (rayon), katoen, rayon en microvezel.
Vliesstof is in de chemische industrie voor veel toepassingen bruikbaar. Het kan worden gebruikt voor ademhalingstoestellen, filtersystemen en beschermende kleding. De unieke eigenschappen ervan kunnen helpen gifstoffen uit de lucht te filteren. Niet-geweven stoffen zijn niet alleen sterk, maar kunnen ook vloeistoffen filteren en vaste stoffen vasthouden. Vliesstof kan ook bescherming bieden tegen straling.
Een niet-geweven stof wordt gemaakt door lange vezels aan elkaar te hechten in plaats van te weven. Deze stof is duurzamer en zuiniger dan geweven stoffen. Het kan verder worden versterkt door ondersteunende steun toe te voegen. Het is een veelzijdige en duurzame stof voor een breed scala aan toepassingen. Het is ook een geweldige optie voor warmte-isolatie.
Een andere belangrijke factor bij de stofkeuze is het gewicht. Het gewicht van een stof kan worden gemeten in grammen per vierkante meter of ounces per vierkante meter. Het gebruik van een GSM-weegschaal is een gebruikelijke manier om het gewicht van de stof te meten.